Regeling voor Vervroegde Uittreding (RVU)

De huidige vroegpensioenregeling (uit 2019) loopt namelijk eind 2025 af. Werkgevers en vakbonden zijn het erover eens dat er voor de periode na 2025 een permanente Regeling voor Vervroegde Uittreding (RVU) moet komen voor mensen met een zwaar beroep. Maar over hoe dat vroegpensioen eruit moet zien en wat precies een zwaar beroep is, daarover was veel discussie. De vakbonden, die begin september een voorstel van het kabinet nog naast zich neerlegden, zijn uiteindelijk toch teruggekeerd naar de onderhandelingstafel. Met als resultaat dat half oktober dit jaar een akkoord is bereikt tussen kabinet, werkgevers en vakbonden over een structurele vroegpensioenregeling voor mensen met een zwaar beroep.

Wat is vroegpensioen?

Vroegpensioen is eerder met pensioen gaan dan op je AOW-leeftijd (67 jaar). De vroegpensioenuitkering overbrugt de periode (van maximaal drie jaar) tussen het moment waarop de oudere werknemer stopt met werken tot aan zijn of haar AOW-leeftijd.

Op dit moment is de RVU-uitkering voor mensen die met vervroegd pensioen gaan een bedrag dat vergelijkbaar is met een netto AOW-uitkering. In de nieuwe, structurele vroegpensioenregeling krijgen werkgevers de ruimte maximaal € 3.600 bruto per jaar (€ 300 per maand) extra uitkering te geven.

Wie komt in aanmerking voor RVU?

Iedereen met een zwaar beroep komt in aanmerking de Regeling voor Vervroegde Uittreding (RVU). De RVU-regeling is echter alleen bedoeld voor mensen die door langdurig zwaar werk niet of nauwelijks in staat zijn op een gezonde manier werkend hun AOW-leeftijd de bereiken.

Wat is een zwaar beroep?

De grote vraag is: wat is een zwaar beroep? Afgesproken is dat sectoren dit zelf gaan bepalen. Werkgeversorganisaties en bonden moeten bij hun CAO-onderhandelingen afspraken maken met een goed onderbouwde afbakening van de doelgroep ‘zware beroepen’, inclusief belastende functies en werkzaamheden.

Om te weten of jouw werknemers een ‘zwaar beroep’ uitoefenen, zul je dus de eerstvolgende CAO die voor jouw sector geldt in de gaten moeten houden.

Wat betaalt de werkgever?

De werkgever betaalt de RVU-uitkering vanaf het moment dat de oudere werknemer met een zwaar beroep stopt met werken tot aan het moment dat de AOW-leeftijd is bereikt (maximaal drie jaar). Dit gebeurt meestal maandelijks.

Bij een Regeling voor Vervroegde Uittreding (RVU) gold voorheen een belastingheffing van 52% (RVU-heffing). Dat is echter fiscaal voordeliger geworden. Sinds 2021 geldt een tijdelijke versoepeling van de RVU en hoef je als werkgever geen belasting over de vroegpensioen-uitkering te betalen tot een bedrag van € 2.182 bruto per maand (in 2024).

Hoe hoog de vroegpensioen-uitkering zal zijn, hangt af van jouw sector. Dat wordt bepaald door werkgeversorganisaties en vakbonden aan de onderhandelingstafel. Ook dit zal dus terug te vinden zijn in de nieuwe CAO.

Lees ook: Wat betekent de versoepeling van de RVU-regeling voor oudere werknemers?

Verschil vroegpensioen vroeger en nu

Eerder stoppen met werken is niet nieuw. In de periode tussen 1975 en 2005 maakten werknemers massaal gebruik van de Vervroegde uittreding (VUT) of het prepensioen, waarbij de werknemer spaart voor zijn vervroegde uittreding. Die VUT is in een tijd van hoge (jeugd)werkloosheid in het leven geroepen om mensen te stimuleren eerder te stoppen met werken om plekken vrij te maken op de arbeidsmarkt voor jongeren.

De situatie is nu heel anders. Mede door de vergrijzing zijn er in vrijwel alle sectoren structurele tekorten op de arbeidsmarkt. De politiek wil nu juist mensen stimuleren langer door te werken. Mede daarom is de AOW-leeftijd al opgeschroefd van 65 naar 67 jaar.

Duurzame inzetbaarheid

Om te zorgen dat mensen gezond kunnen blijven werken tot hun pensioenleeftijd zullen kabinet en de sociale partners in 2025 hun ‘duurzame inzetbaarheidsagenda’ presenteren. Dit om langer doorwerken mogelijk te maken. Eddy van Hijum (Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid ) wil dan ook dat het vroegpensioen ‘zorgvuldig en verantwoord’ wordt ingezet. Het is volgens hem niet de bedoeling dat te veel mensen eerder stoppen met werken op de huidige krappe arbeidsmarkt. Er is daarom afgesproken dat wanneer er meer dan 15.000 mensen gebruik maken van het vroegpensioen, de sociale partners opnieuw om tafel gaan zitten om de regeling bij te sturen.

Ook VNO-voorzitter Ingrid Thijssen hoopt niet dat er massaal gebruik zal worden gemaakt van de RVU-regeling. “Het vroegpensioen is voor mensen met echt zwaar werk en een kleine beurs die het niet lukt om gezond en werkend hun pensioen te halen.”