Het aantal verhuurde woningen is in het tweede kwartaal van 2024 aanzienlijk gedaald. In vergelijking met dezelfde periode vorig jaar zijn er 26,9% minder woningen verhuurd. De gemiddelde huurprijs per vierkante meter is met 8% gestegen ten opzichte van hetzelfde kwartaal van 2023 en met 1,8% ten opzichte van het eerste kwartaal.

Dat blijkt uit cijfers van NVM en branchevereniging voor vastgoedmanagers Vastgoed Management Nederland (VGM NL). De daling is met name zichtbaar bij woonhuizen, waar het aantal verhuurde eenheden met een derde is afgenomen. Het aantal verhuurde appartementen daalde met een kwart.

De huurprijzen blijven stijgen, vooral in stedelijke gebieden. De gemiddelde prijs per vierkante meter voor appartementen is € 17,24, terwijl woonhuizen gemiddeld € 12,43 per vierkante meter kosten. In het vorige kwartaal signaleerden de twee verenigingen nog een stijging van het aantal verhuurde woningen en een lichte daling van de prijzen.

De regionale verschillen in huurprijzen zijn aanzienlijk. Noord-Holland en Zuid-Holland blijven de duurste provincies om te huren, terwijl Drenthe en Limburg de goedkoopste zijn.

44% afname nieuwbouwhuurwoningen

Het aantal nieuw verhuurde woningen daalt scherp. In de nieuwbouw is die afname zelfs 44% ten opzichte van vorig jaar. Deze daling is een gevolg van de terugloop van het aanbod huurwoningen in nieuwbouwprojecten. Diverse partijen hebben eerder al de angst voor een teruglopend aanbod huurwoningen uitgesproken. De stapeling van maatregelen die de afgelopen jaren over de huurmarkt zijn uitgestort, leiden tot terughoudendheid bij investeerders.

Het aantal huurtransacties daalt al drie jaar. Sinds het hoogtepunt in het tweede kwartaal van 2021 is het aantal verhuurde woningen met de helft afgenomen. De belangrijkste oorzaak hiervan is het verschralende aanbod van huurwoningen. Door deze schaarste stijgen de huurprijzen aanzienlijk.

Onderzoek brainbay naar uitponding

NVM-dochterbedrijf brainbay heeft onderzoek gedaan naar huurwoningen die naar de koopwoning gaan. De conclusie daaruit was dat kleinere huurwoningen steeds vaker worden uitgepond. Dit verschijnsel draagt bij aan de afname van het aantal beschikbare kleine(re) huurwoningen en dat wordt zichtbaar in de huurtransacties.

Pararius signaleerde eerder dezelfde trend. Het huurplatform meldde dat 7,8% van alle woningen die in het tweede kwartaal van 2024 te koop stonden, een voormalige huurwoning was.  In het eerste kwartaal was dit percentage nog 7%.

‘Huurders met lager inkomen de dupe’

“Met een daling van het aantal transacties en gemiddeld hogere huurprijzen worden de eerste uitwerkingen van de Wet betaalbare huur zichtbaar”, zegt VGM NL-bestuurslid Ronald de Nas in een persbericht. “Deze wet, die op termijn voor meer betaalbare woningen moet gaan zorgen, heeft in eerste instantie het tegenovergestelde effect. Door de aanpassingen in het woningwaarderingsstelsel (WWS) zijn met name de kleinere woningen in de oudere wijken niet meer rendabel, onder meer doordat investeringen in verduurzaming te hoog zijn. De consequentie is dat beleggers gaan uitponden, waardoor het tekort aan huurwoningen alleen maar verder oploopt.”

“Het wrange is dat huurders met een midden- of lager inkomen met name de dupe zijn van de cocktail aan maatregelen die het uitponden veroorzaakt”, vult Lana Gerssen, vakgroepvoorzitter NVM Wonen, aan. “Zij zijn namelijk vaak niet in staat, de woningen die ze eerder huurden, in de koopsector te financieren. En asl ze opnieuw in de middenhuur zoeken lopen ze tegen een nog kleiner betaalbaar aanbod aan, waar de concurrentie inmiddels moordend is. We hopen dat de nieuwe minister van Wonen de situatie op de huurwoningmarkt nauwlettend in de gaten houdt en ingrijpt om erger te voorkomen.”